Fietsen rond de middellandse zee
home  >  berichten 
[ route ]

[ foto's ]

[ berichten ]

[ materiaal ]

Van: kimp@xs4all.nl
Verzonden: zaterdag 22 januari 2005 17:26
Onderwerp: De Libische Januskop

Vlak voordat we naar Sicilie afreisden kregen we het door ons zo vurig gewenste Visum. Met dit prettige gevoel en het vooruitzicht Raoel en Sandra te ontmoeten namen we de boot van Tunis naar Trapani. We hebben een uitstekende tijd gehad in Sicilie. Het lijkt een eiland waar Europa en Afrika elkaar de hand geven. Hier en daar schrik je van de armoede en de vervallen staat van steden en dorpjes. Aan de andere kant hebben we genoten van de Italiaanse geneugten zoals (echte) koffie, lekker eten en regelmatig een flesje wijn. Met Raoel en Sandra een week opgetrokken. Lekker om de verhalen kwijt te kunnen en je weer mentaal op te laden voor de tweede helft van de reis. En dat heb je nodig ook want Libie is wel echt een Kaddaffi land

De grensovergang was een eitje. Er stond een flinke rij voor het loket maar dat sloot toen wij aankwamen want wij moesten natuurlijk als eerste worden geholpen binnen een kwartier Kadaffieland in. In drie dagen naar Tripoli gefietst. Vervolgens de bus genomen naar Ghadames in de woestijn. Dit is een oude karavaanstad die sinds enkele jaren verlaten is. Een geweldig wirwar van straatjes, huizen en kleine pleintjes. Het lijkt hier en daar of het onder de grond is gebouwd. Heerlijk om daar uren in rond te dwalen. Het beste was wel dat er geen auto's in de straatjes pasten. De Libische hoofdstad heeft een aardige oude Medina met daar aan grenzend Italiaans aandoende straten. Verder weg wordt het wat Oostblokkerig. Veel beton en weinig kleur. Er is een zekere welvaart maar veel vrolijkheid biedt de stad niet.

De Libiers zijn ongelooflijk aardig, mits ze uit hun auto zijn gestapt. Ze lijken zeer blij met het feit dat je hun land bezoekt. Er is geen gezeik over prijzen, we krijgen regelmatig zelfs spullen gratis aangeboden. 'S ochtends halen we steevast twee broodjes en net zo vaak mogen we niet afrekenen. Hierbij dient te worden opgemerkt dat de kwaliteit van het Libische brood te wensen overlaat. Als het nog warm is wordt het in een aquarium met schuifdeurtje voor de winkel gestald. De condensatie die volgt slaat op het brood neer waardoor er een lauwvochtig taai eindprodukt ontstaat. Naast gratis brood krijgen we gratis benzine. Deze brandstof gebruiken we voor de benzinebrander (500 cc inhoud). Wellicht is de libische munteenheid ook te grof voor onze consumptie aangezien je hier 60 liter super krijgt voor 4 (ja vier) euro.

De Romeinse, Griekse en Byzantijnse op-gravingen hier zijn fenomenaal. Er is veel van over en het geeft een goede indruk hoe eea vroeger geweest is. Daarbij zijn de lokaties prachtig. Vele nederzettingen kijken uit over de azuurblauwe Middelandse zee. Het enige probleem is om van de ene opgraving bij de andere te komen. Dit land is vreselijk groot en ze rijden hier enigzins merkwaardig. Het is in dit verband leuk om ook weer de overeenkomsten tussen landen te zien, hetgeen ook een van de nobelere doelstellingen van onze reis was. Naast de invloed van de Romeinen en daarna de Arabieren in de diverse landen, zien we hier een aardige overeenkomst tussen Libie en Spanje. Toch zijn er lokale verschillen. We hebben het hier over het rijden der dieren. Zoals in een eerder bericht aangegeven rijdt men in Spanje veel beest. Het gaat daar om egels, dassen en soms boommarter. Hier in Libie rijdt men ook beest maar in een extremere vorm dan in spanje. Kim heeft gestaffeld gedurende een 70 km lang traject. We hadden 15 dode honden, 1 kat, 3 koeien, 1 dromedaris, 8 schapen, 1 geit, 1 fennek (woesijnvos) en tenslotte 1 steenuil. Niet meegerekend zijn de wat oudere , niet te determineren, lijken die vanwege de recente heftige regen veranderd waren in een plak oude natte dweilen. Het moge duidelijk zijn dat zelfd de Spanjaarden nog wat kunnen leren van de Libiers. Het getuigt immers van kunde en moed om met het hier rijdend materieel een dromedaris aan gort te rijden. Als ik niet het tegendeel gezien had zou ik de overlevingskansen voor de dromedaris hoger inschatten dan die van de bestuurde van de libische plakband auto. Het is opmerkelijk dat we geen menselijke slachtoffers hier zagen liggen. Er zijn echter wel pogingen ondernomen. Maar dat was eigenlijk Libische humor. Een auto met 130 km per uur kwam ons tegemoet en ging toen grappig aan onze kant van de weg rijden om rakelings langs Kim te scheuren. Kim zat in de berm en we konden een tijd niet verder rijden door dat we slap werden van het bukschuddend lachen om deze fijne grap. Maar er zijn ook Libiers met andere humor. Zo willen velen lieden met ons op de foto. Dus inhalen, toeteren, nog meer toeteren, met gierende banden stoppen, snel er uit en met de vinger naar fototoestel wijzen. Ja goed hoor, fotootje maken. Kim, Rene, de twee fietsen en een autoinhoud Libiers op de foto. Fruit als dank en weg zijn ze. Het houdt de voortgang wel op maar het is goed voor de vitaminen.

We hebben inmiddels zo'n 95% van Libie overleeft. Morgen gaan we op weg naar de Egyptische grens.

Groeten van kim en rene

Laatst gewijzigd
16/09/2005